zaterdag 30 augustus 2014

GEVRAAGD: MEDEWERKER BAANOPLEUKING

Je kent het vast wel: Je loopt op een braderie rond, en er zijn mensen die daar “oude ambachten” uitbeelden. Dit is zodat u dan aan uw kinderen kunt uitleggen dat je vroeger toen het internet nog niet bestond mensen had die echt wat deden. Hier zijn uw kinderen heel erg in geïnteresseerd namelijk – dat merkt u meteen aan de diepe zucht waarmee zij hun Smartphone uitzetten. “Goh, pap, vertel nog eens over de kaasdragers. Wij hangen aan je lippen.”

Verplichte nummers in Oude Ambachten zijn altijd van die beroepen waarbij de resultaten meteen verkocht kunnen worden aan aanwezig publiek – ik denk hier bijvoorbeeld aan de kaarsenmaker, en de licht verkreukelde Zeeuwse Kantklossters met zon kapje met van die caravanspiegels. Ook altijd aanwezig zijn de klompenmaker die al jarenlang met 3 millimeter per braderie aan één paar klompen aan het werk is, en de Stadsomroeper met zo’n roeitoeter en een opgerolde perkamenten aankondiging die gaat over wat er bij de plaatselijke middenstand in de aanbieding is.

In de nabije toekomst gaat dit een beetje veranderen, want er zijn in de afgelopen pak-em-beet 25 jaar heel wat ambachten verdwenen (of hopeloos in verval geraakt, zoals het beroep van stratenmaker, waar je vroeger echt iets voor moest kunnen, maar dat tegenwoordig alleen nog maar bestaat uit 2 uur per dag asfalt over straat te plenzen en 6 uur schaften). Ook de straatveger is verdwenen, en de verkeersagent die met zo’n inklapbaar “Stop / Ga” bordje midden op een kruising stond. Zo’n agent waaraan je gewoon de weg kon vragen, en dan beleefd het juiste antwoord kreeg.

Ook bijkans uitgestorven zijn alle beroepen die bestonden uit het repareren van spullen, maar dat heeft waarschijnlijk dan weer arbeidsplaatsen opgeleverd in de sector vuilnisman (of mag je dat niet meer zeggen? Is dat nu een politiek beladen term die nu bij het Werkplein te boek staat als Medewerker Afhaaldienst, met zo’n beschrijving van “werken in de buitenlucht waar u met uw teamgenoten een stoere truck bedient?”) Klinkt goed, maar valt in de praktijk toch tegen, net zoals de baan met een motorfiets van de zaak die je ook privé mag gebruiken – alleen zit er wel zo’n giga-stofzuiger voor hondenpoep achter op.

Dat is namelijk ook een hedendaagse uitdaging: ze moeten bij het UVW rotbanen zo omschrijven dat u er toch op gaat solliciteren, en “Medewerker Watertechnische Infrastructuur en Afvoer” klinkt een stuk aantrekkelijker dan “rioolwerker”. En “Sanitair beheerder met schotel/tafel vaardigheden” is beter dan “toiletjuffrouw” Volgens mij moet er dan ook een vacature zijn voor “Creatieve manager beroepsomschrijvingen” bij diverse instanties zoals uitzendbureaus.

Gelukkig komen er dan ook weer nieuwe beroepen bij die meer passen in het huidig maatschappelijk klimaat zoals de zumba instructeur en de jihad-ronselaar. Zouden die dan weer rondlopen op een braderie in 2040? Zou zomaar kunnen. In de tussentijd moeten er dan wel weer arbeidsplaatsen zijn voor het uitbeelden van oude ambachten op braderies, lijkt mij.

vrijdag 22 augustus 2014

EEN APP VAN APP IK JOU DAAR

(Van: Nu.nl): “Een moeder heeft een app. ontwikkeld die smartphones van kinderen vergrendelt totdat zij reageren op gemiste sms'jes en oproepen van hun ouders. De moeder, Sharon Standifird, kwam op het idee voor Ignore No More toen zij erachter kwam dat haar kinderen haar sms'jes en oproepjes negeerden. In een video legt zij de app. uit.

Ignore No More vergrendelt een Android-smartphone, waarna het vergrendelscherm een boodschap als 'jouw telefoon is vergrendeld, bel mam' toont. Vervolgens kunnen de kinderen via het vergrendelscherm hun vader, moeder of ander vooraf ingesteld nummer bellen. Als het kind contact heeft opgenomen met de ouder, krijgen zij het wachtwoord om weer in te loggen en de vergrendeling te verwijderen”.

En dat is nog maar het begin. Bij de tweede keer negeren van een ouderlijk bericht is er meer nodig dan een wachtwoord – dan moet de tiener ook een krat bier voor vader, en een Chippendale voor moeder regelen. Tja, wie niet horen wil moet maar voelen. Je herkent dan al snel de ouders van rebelse tieners aan een hele tuinschuur vol met bier. De mogelijkheden zijn oneindig.

Ik zie hier wel wat in, want is ook toe te passen voor andere situaties. Zet de app. op de telefoon van je mannelijke partner, en na twee keer negeren van je bericht worden automatisch de sloten veranderd, zijn kleren uit het raam gedonderd, en zijn pinpas geblokkeerd in alle horeca-gelegenheden in Europa. Andersom kan natuurlijk ook. Dan is het waarschijnlijk al genoeg om de pinpas te blokkeren bij schoenenwinkels en juweliers.

Omgekeerd kan het natuurlijk wel problemen opleveren, want het is niet gezegd dat de persoon wiens smartphone geblokkeerd is dat ook meteen doorheeft. Dan bellen ze net terug op dat moment waarop jij je hebt neergelegd bij het gebrek aan reactie en iets anders leuks aan het doen bent omdat je voor die ene keer eens het rijk alleen hebt. Dus bijvoorbeeld net voordat u die leuke glazenwasser - waarvan u al jaaaaren een natte.. ruit krijgt - een kopje koffie had aangeboden, of van dat u net bezig was om een pling-plong-bel te monteren en nu ineens van de plotselinge rinkel van de telefoon zo schrikt dat u éérst de betonboor dwars door uw linkerhand heen steekt waardoor u bijna van het trapje valt en u gelukkig nog net vast kunt grijpen aan die draad waar 220 volt op staat. Dat wordt weer nieuwe woorden leren voor de tiener die terugbelt.

“Ja pap, ik zag dat je gebeld had.” “Oh. En dan ga JIJ een beetje lopen terugbellen? Lekker dan. Ik zit nu mooi bij de EHBO dankzij dat gebel van jou. En de stroom ligt er thuis ook uit. Dat wachtwoord kun je wel in je haar smeren tot volgend jaar dinsdag.” Om nog maar te zwijgen van: “Gut mam, heb je hard gerend of zo?” “Nee, maar de ramen hebben wel een extra sopje gekregen. Kom nog maar even niet thuis.” En dat allemaal dankzij één Amerikaanse moeder.

Er is trouwens nu ook een app. waarop je kunt zien wanneer het vloed is.

vrijdag 1 augustus 2014

KIJKEN WAAR HET EI LANDT

Na vorige week een website te hebben ontdekt waar je eilanden kunt vinden die te koop zijn (geen elanden, daar heb je andere websites voor) was ik een tijdje helemaal in de ban. Ik zag het al voor me: een eigen eiland ergens in een meer – of in zee, natuurlijk – met een steiger, een bootje en vooral romantisch overal zeegezichten (meer gezichten, kan ook). Van dat je tóch een beetje koning bent, want jij maakt alle spelregels, en er deelt bij jou natuurlijk niemand ooit een parkeerbon uit.

Ik had ook gelijk van die visioenen van dat je met zo’n uitschuiftelescoop dan naderende vaartuigen kon signaleren om vervolgens te besluiten of je de bezoeker wél, of juist niet te woord wilt staan – compleet met een klein kanon voor in het laatste geval. “Belastingmedewerker J.J. Schraper werd voor het laatst gezien bij het afstoten van de roeiboot aan de steiger. Hij is tot op heden vermist.” Ik zag mij al met een papegaai op mijn schouder en een begraven schatkist ergens.

Maar toen ging ik een beetje doordenken. Want: je moet wel elektriciteit hebben, natuurlijk. Dus: generator (Als je een kabel vanaf het vasteland hebt, betekent dat meestal dat er ook gewoon een brug is, en dat maakt het dan weer erg makkelijk voor bovengenoemde J.J. Schraper, en uitdelers van religieuze pamflettekes, alsmede mensen die stofzuigers verkopen). En die generator heeft dan wel weer benzine nodig, en die moet dan ook weer ergens vandaan komen (tenzij je een booreiland hebt, haha). Nu kan je natuurlijk kiezen voor een plek in de Bahama’s waar je alles met zonnepanelen regelt, maar daar heb je dan ook weer van die Hurricane Klaziena’s die er in één keer weer een onbewoond eiland van maken.

U begrijpt dat het mij allemaal behoorlijk bezighield, behalve dan het gedeelte waar je dus eerst een paar miljoen moet hebben voor de aanschaf van het desbetreffende eiland. Ik had er al een paar voor ogen, met en zonder brug (kan altijd nog een ophaalbrug worden, natuurlijk), en het was net zoals je soms kunt fantaseren dat je de staatsloterij wint en wat je dan allemaal ineens kan gaan doen, want dat is volgens mij eigenlijk leuker dan dat het ook echt gebeurt – want dán is het in een keer gewoon voorbij, en kun je hoogstens teruggaan naar fantaseren wat je er anders óók mee had kunnen doen, met dat geld.

Ik heb dus, nu ik er op terugkijk, een beetje een week gratis vakantie gehad zonder maar in de buurt te komen van een luchthaven of treinstation, en zonder dat er verlof moest worden aangevraagd. En het prettige is dat ik dat eigenlijk op elk moment wel kan doen: even terug naar mijn eiland, waar alles meezit - vooral omdat het niet echt bestaat. 

Daarnaast kan ik dan soms gewoon wél even echt het water opzoeken, maar dan zonder generators en septic tanks, en hout splijten voor in de winter. Ik denk dan momenteel even aan strandpaviljoen de Zeemeeuw, waar ik dit weekend verder ga mijmeren.

GLAMPEERTERREIN

Onlangs vertelde iemand mij over glamping - een nieuwe trend die kamperen glamoureus moet maken door middel van exotische locaties en zo. Denk: kamperen, maar dan in een yurt in Mongolie of zo iets. Nu ben ik van jongs af aan al een grote fan van niet kamperen, en ik vind kamperen dan ook alleen maar een optie als het uit financiële overwegingen niet anders kan. Als het zo leuk was dan zou niemand in een gewoon huis wonen, toch?

De nadelen van kamperen maken namelijk met de voordelen van kamperen in één keer de kachel aan:  Voordeel: goedkoop. Nadeel: op reis gaan met 5 hectare canvas waarin 24 meter aan tentstokken zijn gerold die straks niet in elkaar blijken te passen, terwijl de haringen één voor een uit deze bundel op de weg achter u stuiteren. Voordeel: goedkoop. Nadeel: Du moment dat u buiten de deur wordt gesignaleerd door de weergoden met voornoemde tent gaat het regenen, en krijgt u die plek op de camping die A: niet waterpas is, maar die B: wél waterplas is. Dit ontdekt u al vóór het opzetten van voornoemde tent, maar je doet er niks aan. Voordeel: goedkoop. Nadeel: 's avonds met je stukkie zeep in zo'n dampig hok met spinnenwebben en douches die voor een muntje maar 4 seconden warm water geven. Toiletten waar u nog een onderbroek van iemand anders vindt.

De ouderwetse manier van kamperen betekent dat je dus op die plek (want op alle andere plekken staan al andere mensen met een sleurhut die dus wél waterpas te stellen is) nu aan de gang moet met een bouwpakket dat u vorig jaar voor het laatst in elkaar heeft gezet, en waarvan de gebruiksaanwijzing al jarenlang zoek is.

Uitdaging één bestaat uit het ontcijferen welke halve (of eenderde) tentstok past in welke andere. Dit duur meestal één a zes uur. In de tussentijd heeft u ook de rest van de tent uitgerold die nu op speelse wijze in het prikkeldraad aan de rand van de camping wappert. Die moet u dus eerst even weer ophalen. Vervolgens zorgt u dat alles dat uitsteekt op de grond nauwkeurig wordt weggeveegd in het kader van een glad slaapoppervlak. Dan gaat het grondzeil (of de hele tent als die geen los grondzeil heeft) op de grond, en zet u dit vast met de haringen die allemaal kwijt zijn. Naderhand blijkt er dan een grote denneappel te liggen midden onder uw veels te dunne hoofdkussen.

Nee, dán glamperen. Geen gedoe met tentstokken en haringen. Geen hurktoiletten waar poep aan het wc-rolletje zit. U verblijft gewoon in een yurt. Een YURT. Zucht. Dat is een soort van ronde hut die geisoleerd is met een laag paardehaar (bevat soms kleine hoeveelheden koeiehaar) en hoort te staan in Mongolië, waar de mannen échte mannen zijn en de yaks zenuwachtig. Of, óók mogelijk: in een bedouienen-tent in de Sahara waar u zelf nog niet één tentstok van hoeft te assembleren. 5-sterren zand blijft olijk plakken op elke plek waar u maar transpireert (overal dus) zodat u er een beetje uitziet als een Van Dobben kroket van 1 meter 80 met een zonnebril. U kunt ook nog kiezen voor het Serengeti kamp in Tanzania, waar de open safari tenten en HIV positieve vrouwen u verwelkomen (en 's nachts de muggen ter grootte van een Joint Strike Force die u in één slurp leeg hebben. 't Kost een paar centen, maar dan heb je ook wat. Met "een paar centen" bedoel ik iets in de buurt van minimaal 160 Euro per persoon per nacht, exclusief de vliegticket.

Ik heb ineens ook een geweldig exotisch glampeer-idee: Dan glampeer je ergens in Papua Nieuw Guinea in zo'n lange hut (gratis peniskoker!), en - als toegevoegde waarde - als het héél erg meezit wordt je opgegeten voordat je de rekening krijgt